De familie Franken
De
heer Siegfried Franken wordt in 1899 in Herbern
in Duitsland geboren. Hij komt al in 1933 naar Borne en
woont in bij verschillende Joodse families totdat hij in
1937 trouwt met Agatha van Zuiden, die in 1902 in
Hoogeveen is geboren. Door haar huwelijk wordt ook
Agatha statenloos. In 1939 krijgen ze een zoontje:
Julius. Tijdens de oorlog wonen ze aan de Oude
Deldensestraat (nu nummer 34 en gesloopt). De heer
Franken werkt bij Spanjaard als monteur-slijper en
verdient er in 1938 ƒ21,- per week.
Siegfried Franken wordt eind augustus 1942 opgepakt voor
het werkkamp Overbroek. Samen met zijn vrouw en zoon,
die in november worden opgepakt, wordt hij daarna op
transport gezet naar Auschwitz. Zijn vrouw en hun
3-jarig zoontje Julius worden gelijk na aankomst naar de
gaskamer gebracht. Julius is de jongste inwoner van
Borne die in de vernietigingskampen omkomt. Siegfried
sterft enkele maanden later in een werkkamp.
De
moeder van Siegfried, Julie Franken-Samuel, komt in
1938 naar Nederland. Ze krijgt een tijdelijke
verblijfsvergunning op grond van het feit dat zij ‘geen
middelen van bestaan heeft in Duitschland en gezien haar
hooge leeftijd geen werkzaamheden meer zal kunnen verrichten
om in haar onderhoud te voorzien’. Haar kinderen die nog in
Duitsland wonen, proberen te emigreren en een andere zoon in
Haarlem heeft al schoonfamilie in huis genomen. Ze gaat
daarom in Borne bij haar zoon wonen. Ze is 82 jaar als ook
Nederland voor haar niet meer veilig is. Ze wordt opgepakt
in april 1943 en gedeporteerd naar Sobibor. De laatste
maanden woont ze alleen in Borne, want haar
zoon en zijn gezin zijn dan al weggevoerd.